Rafelrandjes van het leven

Het is 1970, Laan van Berlijn, 163 woningen worden opgeleverd. 163 kleine woningen. 45 jaar later vragen we ons af: wat moeten we met dit gebouw? Wat kunnen we met deze enorme kolos met trieste – want grijze gewassen grintbeplating – uitstraling? Dit blok beton met kleine woningen dat energetisch niet bepaald hoog scoort. We besluiten het gebouw, ondanks deze constateringen, toch nog 25 jaar te gunnen. Er is namelijk wel een grote behoefte aan kleine woningen, met lage huren, dichtbij het winkelcentrum. Maar dan moet er wel wat gebeuren! Niet alleen met het gebouw, maar ook met de 163 huurders. Kwetsbare huurders, 120 senioren en 43  jongeren, waarvan 23 die begeleid wonen via Stichting Lievegoed, een beschermd wonen project. In 2017 pakken we de boel groot aan. Er is een zogenoemd binnenplan voor het vervangen van een deel van de installatie en het opknappen van de binnengangen. In het buitenplan staat hoe we het gebouw energiezuiniger kunnen maken: we pakken het complex in. Geeft meteen een boost aan het uiterlijk.

Tijdens het renoveren uit huis

En we gaan renoveren in bewoonde staat. Dat vraagt wat van de mens. Om te beginnen van de aannemer. We selecteren nog kritischer dan normaal op communicatieve vaardigheden om de opnamegesprekken goed te kunnen voeren én op diens bewonersbegeleidingstaken. 
Het vraagt zeker ook wat van de bewoner die tijdens deze gesprekken hoort wat hem of haar te wachten staat. Bewoners kunnen in hun huis blijven wonen, maar de meesten geven aan gebruik te willen maken van de wisselwoning. Tijdens het renoveren uit de woning dus. 
En het vraagt wat van de medebewoners wiens huis nog niet aan de beurt is: veel stof en lawaai. Al in de eerste week kwamen we erachter hoeveel er eigenlijk werd gevraagd van deze huurders. Veel te veel!

Helpen bij aantrekken steunkousen

De groep huurders bleek veel kwetsbaarder dan ingeschat. Een groot aantal van de senioren leeft in sociale eenzaamheid. Zij hebben niemand om hen te helpen. Geen familie of vrienden meer om nog een keer goed uit te leggen wat er met hun woning gaat gebeuren. Niemand om mee te praten, laat staan een kopje koffie mee te drinken. Zijn de hele dag alleen.
Dit gecombineerd met de groep jongeren die al snel overprikkeld raakte, maakte dat de begeleiding al in week 1 opgeschaald moest worden. Hand-in-handbegeleiding bleek meer dan noodzakelijk. Dus de uitvoerders en de bewonersbegeleiders hielpen bij het aantrekken van de steunkousen, maakten huurders attent op het indoen van het gebit, en moesten in 1 geval zelfs een huurder opsluiten in de wisselwoning. Deze persoon was namelijk zo in de war dat de kans te groot was dat hij anders in de wijk zouden gaan dwalen. Het moest gebeuren, maar het gevoel van het op slot draaien was niet fijn. Riep veel emoties op. Misschien wel omdat het symbool leek te staan voor de mate waarin deze mensen afgesloten zijn geraakt van de maatschappij. En dat diezelfde maatschappij dat laat gebeuren. Ook al is dat onbewust.

In bijna 1 jaar werden binnen- en buitenkant opgeknapt. Voor diegenen die eraan hebben gewerkt, een dubbel gevoel. Het pand kon weer 25 jaar mee. Maar welk leven er achter die nieuwe deuren schuil gaat, heeft een diepe indruk achter gelaten.

John de Jong

In dienst bij Pré Wonen vanaf 2003

Projectleider Vastgoed
01-01-2016 t/m heden

Projectleider Groot Onderhoud
01-01-2012 t/m 31-12-2015

Projectleider PO & GO
30-06-2003 t/m 31-12-2011